maandag 19 september 2016

DIALOOG OP DE LINDENGRACHT


Dit verhaal schreef ik in verkorte vorm voor 'De Jordaan en de Gouden Reael'.

Let op : personen die in dit verhaal voorkomen zijn fictief.








Sem Presser, Lindengracht, 1950

Dialoog op de Lindengracht
Altijd wanneer ik er voorbij kom moet ik even naar de foto's kijken. Op de afbeeldingen zie je dat hier vroeger Melkinrichting Kuiper zat, voor de etalage zit en staat een aantal mensen in kleding uit de jaren '50. Ze kijken en wijzen allemaal dezelfde kant op, het ziet er spannend uit.
'Mooie foto, vindt u niet?' vraag ik aan de jongeman die, net als ik, voor de etalage van de leegstaande winkel staat.
'Ja fantastisch, wat een mooie afbeelding,' antwoordt hij.
'En, heeft u een idee waar ze naar kijken?'
'Tja, ze kijken wel allemaal één kant op, er komt dus duidelijk iets aan. Maar wat, weet u het?'
'Ze kijken naar de Ronde van de Jordaan, een wielerwedstrijd tijdens het Jordaanfestival in 1950, ' antwoord ik met enige trots. Ik ben in zijn ogen misschien bejaard, maar toch niet helemaal van de straat!
'Natuurlijk, nu u het zegt zie ik de spanning en zelfs de snelheid, al zie je de wielrenners niet zelf!'
Hij is een aardige man om te zien, type ideale schoonzoon zal ik maar zeggen. Nu valt hem op wat ik allang weet: er hangen twee ogenschijnlijk dezelfde foto's, maar op de ene kijkt het publiek naar links en op de andere naar rechts, verder zijn ze precies gelijk.
'Wonderlijk, vind u niet,' merk ik op.
Hij kijkt langdurig naar beide foto's, zodat ik de tijd heb om hem op te nemen.
Wat een keurig type, hij draagt dure kleding, vast een advocaat of een accountant, in ieder geval hoogopgeleid, dat kun je horen aan zijn manier van spreken. En zo vriendelijk ook, ik voel me gevleid door zijn aandacht.
Dan wijst hij me triomfantelijk op een oude ijzeren elektriciteitskast, die voor ons rechts, maar in werkelijkheid aan de linkerkant van de etalage aan de muur hangt.
'Dan moet dit de originele afbeelding zijn, kijk maar, ze kijken naar links, in de richting van die oude kast, dan is de andere foto dus gespiegeld.' Geweldig, u heeft het raadsel opgelost' verzucht ik, 'alleen, hoe kan het dan dat de letters op de markies niet gespiegeld zijn?'
Zijn mond valt open, hij oogt ineens een stuk minder intelligent.
'Mevrouw, dit enigmatische vraagstuk behoeft nader overleg. Mag ik u noden voor een kopje koffie op de hoek?' vraagt hij charmant.
Ik aarzel, ik moet nog naar de markt maar ach, waarom niet?
Hij bestelt een espresso en ik een cappuccino. We proberen het raadsel van de foto's te ontrafelen, maar vinden geen oplossing.
Het afscheid is hartelijk, hij schudt me de hand al lijkt hij dan ineens nogal haast te hebben.
Bij de poelier op de markt bestel ik een soepkip, maar als ik wil betalen voel ik dat al mijn haren overeind gaan staan, ik moet me vasthouden en ik voel mijn kleur wegtrekken.
'Wat is er met u aan de hand, wordt u niet lekker?' vraagt het vriendelijke meisje achter de kraam geschrokken.
'Ik ben bestolen,' antwoord ik. 'En het leek nog wel zo'n keurige man...'


Anneke Koehof © juni 2016



Geen opmerkingen:

Een reactie posten