maandag 16 oktober 2017

DE GRAFSTEEN VAN MIJN OPA

Johannes Casper Ligtermoed;
14-11-1885 – 16-04-1925

Johanna Catharina Engelgeer;
16-08-1884 – ca. 1927
Mijn grootouders
De grafsteen van mijn opa
'Kijk dat haantje eens mooi schitteren in de zon,' zei ik, wijzend op de kerktoren van Zunderdorp. We zaten in het bejaardenappartement op de achtste verdieping van het Korthagenhuis, met uitzicht over Landelijk Noord.
'Weet je dat daar een stukje van jouw familiegeschiedenis ligt?' antwoordde mijn vader.
Mijn moeder keek wat ongemakkelijk. Ze was niet dol op verhalen van 'voor haar tijd'. Zo ging het nu eenmaal vroeger, het verleden werd onder het tapijt geschoven; een pijnlijk onderwerp zoals de dood van mijn eigen moeder ten gevolge van mijn geboorte, kwam nooit ter sprake, ik moest van een babbelende buurvrouw horen dat mijn moeder niet mijn echte moeder was...
Zo kwam ik dus, zelf al oma, achter de tragische dood van mijn grootvader van moeders kant. Hij werd getroffen door de brandende kerktoren van Zunderdorp op 14 april 1925. De eigenlijke oorzaak van de brand was blikseminslag, zoals blijkt uit het hieronder gedeeltelijk door mij overgenomen artikel uit het Algemeen Handelsblad.
Algemeen Handelsblad 16-4-1925 : De toren van Zunderdorp in brand.
Tijdens het korte onweer, dat zich gisteren boven onze stad heeft ontlast, is de oude toren van Zunderdorp door het hemelvuur getroffen.” Een agent ernstig gewond.
Reeds voor de beroepsbrandweer was gewaarschuwd kwam de torenspits met donderend geweld naar beneden vallen. De brandende balken kwamen juist op de plaats waar de Vrijwillige Brandweer werkte. De agent Ligtermoed uit Ransdorp die in Zunderdorp dienst had kreeg brandend hout op het lichaam. Slechts met zeer veel moeite kon hij bevrijd worden. Het hout had ook de bovengrondsche geleidingen van het Electrische net vernield. De draden welke onder spanning stonden versperden de weg naar de agent en eenige van zijn bevrijders kregen schokken, welke gelukkig geen nadelige gevolgen hadden. Ligtermoed die bij de annexatie van 1921 in Amsterdamsche gemeentedienst was gekomen is nadat hij uit zijn benarde positie was verlost in een woning binnen gedragen. Medische hulp was niet ter plaatse. De geneesheer werd gewaarschuwd maar de slechte polderwegen lieten niet toe dat er voor half negen een autobrancard aanwezig was. De agent had toen al ongeveer een uur in de woning gelegen. Den heer L. Heijermans kwam naar het dorp om hulp te verlenen. Naar hij ons later meedeelde was Ligtermoed er zeer slecht aan toe, hij had een beenfractuur en zijn gelaat en een deel van het lichaam waren met brandwonden overdekt. De ongelukkige die gehuwd was is naar het Binnen-gasthuis vervoerd. Eerst tijdens het transport verloor hij het bewustzijn. Het mag een toeval heeten dat het vallend hout geen andere slachtoffers heeft gemaakt. Een kettinghond is door de stroom gedood. Een gebroken draad had de ketting van de hond geraakt en onder spanning gebracht. Het spreekt vanzelf, dat het geheele dorp op den been was. Met grote deernis sprak men over het lot, dat Ligtermoed heeft getroffen.”
Uit het Avondblad 16-04-1925 van het Handelsblad: De agent overleden
De agent Ligtermoed uit Ransdorp, die gisteren bij de brand in Zunderdorp zo ernstig verwond is, is heden ochtend om half twaalf in het Binnen-Gasthuis overleden.
Johannes Casper die bij de brand van de kerktoren van Zunderdorp om het leven komt wordt begraven in zijn woonplaats Ransdorp. Zijn grafsteen wordt voorzien van een vallende kerktoren.”

Het gebeurde op zich is al erg genoeg, maar de vermelding dat ook een kettinghond de dood vond maakt het bijna bizar...
Nadat ik via deze geschiedenis gehoord had dat een deel van mijn familieverleden zich had afgespeeld in Landelijk Noord, maakte dat mij wel erg nieuwsgierig en hierna begon voor mij het zoeken naar al of niet nog levende bewijzen hiervan.
Dat is uiteindelijk gelukt, ik heb kennis gemaakt met de familie van mijn eigen moeder, maar ook hier stuitte ik op verhalen die bij mij weer nieuwe vragen opriepen.
Ik zal u daar niet mee vermoeien, ik beperk me tot mijn zoektocht naar de grafsteen van mijn opa.
De grafsteen had, behalve de tekst, een afbeelding van een kerk met vallende toren, meer beeldend kon het niet zijn. De steen was een geschenk van superieuren en collega's van het Bureau Volewijkspark, waarvan hij deel uitmaakte.
Ik begon mijn zoektocht in Zunderdorp, maar daar vond ik niets en niemand kon me er iets over vertellen.
Totdat ik ontdekte dat mijn opa in Ransdorp was begraven, maar ook daar trof ik de steen niet aan.
Dat het graf daar wel aanwezig is geweest bewijst bijgaande foto.

Zoals het vaak gaat ben je geneigd het te laten rusten, maar het liet me nooit helemaal los.
Toen ik in 2010 aan de rand van Nieuwendam kwam te wonen, met in de herfst en de winter, toen de bomen kaal waren, zicht op het torentje van Zunderdorp, werd mijn nieuwsgierigheid weer geprikkeld, zeker na een bezoekje aan Museum De Noord, waar zoveel over Landelijk Noord is te vinden!
Uiteindelijk kwam ik er achter dat het beheer over de begraafplaatsen in Landelijk Noord wordt gevoerd door de Nieuwe Noorder Begraafplaats en, lang leve de digitale snelweg, ik stuurde een mail aan de beheerder, de heer Devente. Hij antwoordde dat het graf al jaren geleden is geruimd. Als er verder geen aanspraak op wordt gemaakt vervalt de steen aan de Gemeente, deze heeft als plicht de steen te vernietigen.
Het vervolg van zijn antwoord was wel zeer verrassend:



4 jaar geleden kwam ik als nieuwe beheerder werken op de Noorder begraafplaats, nu De Nieuwe Noorder.
Zo’n jaar of 2 geleden vond ik een bijna vergane steen bij opruimwerkzaamheden. Daar ik de geschiedenis ken heb ik een steenhouwer verzocht de steen voor mij op te knappen en de mooie steen siert nu mijn kantoor. Dit is de grafsteen van uw grootvader. We kunnen dus spreken van puur geluk.
De steen staat nu in mijn nieuwe kantoor op de begraafplaats, komt u gerust een keer langs.”


Dit is zeker puur geluk! Niet alleen is de steen bewaard gebleven (misschien heeft iemand de historische waarde hiervan toen al ingezien) ook is het gelukkig te noemen dat de heer Devente de geschiedenis kende en de moeite heeft genomen de grafsteen te laten restaureren. Het is bijna een wonder dat deze nu zijn kantoor siert, ik mocht foto's komen maken en hij is werkelijk prachtig geworden, hulde aan de steenhouwer en chapeau voor mijnheer Devente! Toch zegt een stemmetje binnenin mij dat de steen eigenlijk hoort op de plaats waar het ongeluk gebeurde, als een waardige herinnering aan een belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis van Zunderdorp en aan mijn moedige grootvader.
Over twaalf jaar is het honderd jaar geleden dat de torenspits van Zunderdorp brandend naar beneden kwam, wie weet...


15 september 2013, Anneke Koehof ©


bron o.a. Stamboomonderzoek door L. Ligtermoet

Naschrift: Uiteindelijk is de grafsteen in mei 2019 als monument geplaatst op de Zuidmuur van de kerk in Zunderdorp.