zondag 9 juni 2013

DE KONINGIN VAN DE NACHT (Les Pas des Fleurs) Mijn eerste versie.





Koningin van de nacht
Het is veertien juli, Quartorze Juillet. Op de klassieke zender klinkt de hele dag muziek van Franse componisten, waaronder Saint Saëns: “Het Carnaval der Dieren.”
Bij het horen van 'De Stervende Zwaan' moet ik even meedoen, maar de krampen schieten me al gauw door de kuiten en mijn linkerknie kraakt hoorbaar.
Wat hield ik als kind al van de Stervende Zwaan, met veel gevoel en weinig techniek stierf ik de sterren van de hemel.
“Sta toch niet zo stom te doen,” zei mijn moeder. “ Je lijkt wel een échte zwaan met die lange nek van je.”
Jaren heb ik me geschaamd voor mijn lange nek, totdat het een 'lange hals' werd.
“Uitstekend geschikt voor een ballerina,” zei de balletlerares bij de buurtvereniging. Ze stuurde sommige meisjes door naar een echte balletschool en ook voor mij kwam er iemand kijken.
Natuurlijk mocht ik niet van thuis, veel te duur zo’n opleiding. En dan: balletdanseres!
Ik kon maar beter mijn handen leren gebruiken, veel handiger voor meisjes die toch gingen trouwen. Dus stelde ik me tevreden met de Kinderoperette, ik leefde voor de uitvoeringen in het buurttheater, op een echt groot toneel!
Wat was ik gelukkig met mijn eerste solo. “De Koningin van de Nacht” mocht ik dansen, mijn hele ziel en zaligheid legde ik erin.
Bij de generale repetitie hoorde ik de muziek, Les Pas des Fleurs van Leon Delibes,  voor het eerst vertolkt door een orkest. Van emotie kon ik geen stap verzetten, de tranen stroomden mij over de wangen. 
Ik voelde me een echte koningin in mijn wijde, nachtblauwe jurk, waarop zilveren sterren flonkerden en waarvan de stof door de valling van het licht bij iedere beweging een andere tint aannam.
Nog zie ik de zaal voor me, met de rood pluchen stoelen, het balkon, de groen oplichtende bordjes naar de nooduitgang, het grote toneel met de trappen naar de coulissen;
Nog ruik ik de stoffige geur, het aroma van vergane glorie, de geur van het publiek, dat in die tijd in groten getale kwam kijken naar de uitvoeringen;  
Nog voel ik de spanning, hoor ik het geroezemoes, het stemmen van de instrumenten. Stiekem keken wij door het glaasje in het doek of we bekenden zagen.
Mijn moeder kwam niet kijken maar mijn tantes gelukkig wel, die waren trots op hun nichtje en ze prezen me, tot groot ongenoegen van mamma, ik zou maar verbeelding krijgen.
Het voorspel klonk, weg waren mijn zenuwen, ik danste voor mijn gevoel als nooit tevoren. Ik werd opgetild door de muziek … Ik zweefde, ik zweefde!
Ik zag het publiek met open monden kijken, maakte een rondje boven de aaaaaah’s en ooooooh’s voor het balkon langs en zweefde met een grote boog over het orkest.
Plotseling kreeg een valse windvlaag mijn opbollende jurk te pakken, ik was stuurloos geworden. Angstkreten klonken door de zaal, ik hoorde mijn tantes er bovenuit, en met een klap belandde ik midden in de orkestbak.



Anneke Koehof ©




https://www.youtube.com/watch?v=b_CKPWopfTQ&feature=em-share_video_user