donderdag 11 juli 2013

BABYDUMP


Ik zit voor het raam van het uitzicht te genieten. De zon schijnt en het is een komen en gaan van toeristen uit alle delen van de wereld, die elkaar op de brug veelvuldig fotograferen.

Duiven zitten toilet te maken in de over het water hangende boom, een echtpaar meerkoeten probeert ijverig hun luid piepende jongen bij elkaar te houden en te verdedigen tegen de over hen hen heen scherende meeuwen.

Er drijven wat boterhammen in de gracht, ik schaam me plaatsvervangend dat de kok van het eetcafé hiertegenover de gewoonte heeft om overtollige etenswaren op die manier te lozen. Zo lok je ratten.

Langs de gracht wandelt een artistiek stel. Ik heb ze wel vaker gezien, hij draagt een soort kapiteinsuniform met koperen knopen en bijbehorende pet en zij is gekleed als hippie uit de zestiger jaren. De vrouw duwt een ouderwetse kinderwagen en haar man loopt met de baby in zijn armen gevaarlijk dicht langs de wallekant, staat zelfs even stil en houdt de baby bijna boven het water.

Er gaat een rilling over mijn rug, hij zal het kind toch niet…

“Wil je koffie?” klinkt het uit de keuken. Ik ben even afgeleid, kijk om.

“Ja, graag”.

Plotseling klinkt een oorverdovend gekrijs, de meeuwen storten zich vechtend op een in het water drijvende witte bundel. Ik gil.

“Bel de politie, er is een kind in het water gegooid”.

Zo snel ik kan stort ik me van de steile trappen af en ren de brug over naar de plek van het onheil. Ik zie het jonge paar snel doorlopen, hij kijkt schichtig om bij het horen van mijn geschreeuw.

Zonder me te bedenken spring ik de gracht in, de meeuwen vliegen geschrokken op. Ik doe een greep naar de witte bundel en heb een doorweekt casinobrood in mijn hand.



Anneke Koehof ©

fictie