zaterdag 8 september 2018

HET EINDJE VAN DE DAM




Toen ze het karakteristieke huisje op het Eindje van de Dam in Lemmer wilden afbreken kwam Lemmer in het geweer. Het huisje moest blijven! Gelukkig luisterde de Gemeenteraad en het huisje plus omgeving zijn teruggebracht in de oude staat. Ten behoeve van 'Nazomeren',  een jaarlijks evenement in Lemmer, daagde de Stichting Dorpsbelang de liefhebbers uit om hun mooiste herinnering, anekdote of gedicht te schrijven over Het Eindje van de Dam. Ik heb en had vele herinneringen, o.a. mijn eerste vakantiekus in de luwte van het huisje, het zwemmen, kijken naar de hardzeilerij, maar de meest emotionele herinnering is het verhaal dat ik instuurde en waarvan een gedeelte is gebruikt op een inspraakavond in de Gemeenteraad van Lemsterland. Dit en andere verhalen en gedichten zijn voorgelezen tijdens een bijeenkomst in de Hervormde Kerk van Lemmer op 7 september 2018.


En dit is het resultaat: Deze prachtige foto plaats ik met toestemming van Henny van den Berg .




Eindje van de Dam  

Mijn moeder, Baukje Visser, werd op 24 juni 1911 geboren in Lemmer aan Het Leeg.
In 1946 trouwde ze met mijn vader, een weduwnaar met twee kinderen uit Amsterdam en in 1947 werd mijn broer Rens geboren.
Het was niet altijd makkelijk, soms botsten Amsterdamse en Friese karakters,
maar toch hield het huwelijk 57 jaar stand.
Lemmer was bij ons thuis vaak het onderwerp van gesprek.
Mijn moeder vertelde graag over haar jeugd en zodoende raakten wij vertrouwd met haar verhalen over de Zeedijk, Het Leeg, de Schans, de haven, het Skieppedykje, de vuurtoren en uiteraard ook 'it Eintsje fan 'e Daam'.
Door regelmatig familiebezoek konden wij kinderen de Friese taal al aardig verstaan, dat moest ook wel, want zodra er familie uit Lemmer over was, werd er thuis Fries gesproken, daar was mijn moeder strikt in.
We brachten ieder jaar onze zomervakantie door in Lemmer. De overtocht met de Jan Nieveen was niet altijd een feest, met zwaar weer werden wij zeeziek bij de Val van Urk, maar dat was gauw vergeten als we na uren varen de kustlijn van Lemmer zagen opdoemen.
Kijk, daar was de schoorsteen van het stoomgemaal en de kerktoren aan de Schans, de vuurtoren... Wanneer we Lemmer dan eindelijk binnen voeren met links het huisje op het Eindje van de Dam en verderop de Lemstersluis knepen onze strotten zich samen van spanning en ontroering!
Wat hadden we heerlijke vakanties in Lemmer en wat genoten we van de toen nog onderlinge hardzeilerij tijdens de kermisweek! We hoorden het kraken, kreunen en vloeken als de bocht om 'it eintsje' moest worden genomen. De prijsuitreiking na afloop in het Nutsgebouw met het Friese Volkslied, zullen we nooit vergeten.
Hoe ouder mijn moeder werd, hoe meer ze terugverlangde naar de Lemmer.
Toen het, op haar 97e jaar, geheel onverwacht zover was gekomen, werden de rode rozen op haar kist nog dezelfde dag op het familiegraf van haar ouders gelegd.
Ruim zes weken na de crematie zijn we met haar as in een luxe koker naar Lemmer getogen.
We wandelden naar 't Eintsje fan 'e Daam. Er stond een stevige wind en we moesten elkaar vasthouden om niet van de schuinte te vallen. Het water klotste over de oude door de golven glad gepolijste basaltstenen. 
Voorzichtig strooiden wij de as in het water maar we konden niet voorkomen dat een klein gedeelte terug woei op onze schoenen en tussen de keien terecht kwam. De meegebrachte bloemen en een piepklein houten Lemsteraakje vergezelden haar as in de richting van de oude haven, al gauw dreef het meters van de kant.
Een werkschip naderde, de schipper begreep welke plechtigheid zich op dit uiterste puntje van de dam afspeelde. Voorzichtig stuurde hij zijn schip rondom de bloemen en het houten aakje en voor hij doorvoer blies hij drie maal respectvol met de scheepshoorn.
Een mooiere thuiskomst hadden wij onze moeder niet kunnen geven...


Anneke Koehof ©
26-08-2018

De LE 64, het vissersschip van mijn moeders familie, passeert tijdens de
onderlinge hardzeilwedstrijden Het Eindje van de Dam
de foto is van Marten Meester